woensdag 17 maart 2021

Citeren (1)

Ik bladerde oriënterend in een biografie, kwam wat rare dingen tegen en concludeerde dat er ergens een handleiding moet bestaan voor slordig citeren. Een tutorial of iets dergelijks. Maar zoiets kon ik al googelend niet zo snel vinden. Wel een stuk dat ‘Correct citeren’ heet. Het is een ‘Briefadvies’ van de KNAW, de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen, uitgebracht in 2014: ‘Op verzoek van het KNAW-bestuur stelde de commissie Citeren […] een advies op om meer duidelijkheid te verschaffen over correct hergebruik van eerder gepubliceerde teksten, ideeën en onderzoeksresultaten. Aanleiding voor dit advies is de begripsverwarring die recent ontstond over het begrip “zelfplagiaat” en de brede discussie die werd gevoerd over wat wel en niet toelaatbaar is bij hergebruik van eerder gepubliceerd materiaal.’ (https://www.knaw.nl/nl/actueel/publicaties/correct-citeren). Het ‘Briefadvies’ gaat, dat blijkt al snel, helemaal niet over correct citeren, maar meer over plagiaat en het vermijden daarvan door het correct verantwoorden van citaten. Het woord ‘citeren’ komt in het stuk van negen pagina’s achttien keer voor, het woord ‘plagiaat’ dubbel zo vaak.

Het ‘Briefadvies’ wordt voorafgegaan door een foto van een plafondschildering in het Trippenhuis in Amsterdam, waar de KNAW is gevestigd. Ter verklaring staat bij de afbeelding: ‘De voorstelling past vermoedelijk in de fabel van Zeus en de trotse raaf, naar Aesopus (ca. 620 v.Chr. – ca. 560 v.Chr. – zie voor verantwoording op www.knaw.nl/correct-citeren.’ Ik citeer hier, knippend en plakkend, correct, mocht het iemand opvallen dat er ergens een afsluitend haakje ontbreekt. De link die is toegevoegd verwijst naar een pagina die niet meer bestaat. Na deze dode link staat een tekst die, moet ik aannemen, een vertaling is van de fabel van Aesopus waarnaar werd verwezen. De tekst staat tussen aanhalingstekens en is dus een citaat. Maar een citaat van welke vertaling of bewerking? Een bron ontbreekt, en dat is vreemd in een advies over het correct verantwoorden van citaten.

Als ik aan het googelen sla met de eerste acht woorden van het citaat krijg ik drie hits: twee keer het briefadvies, via de derde kom ik terecht in een afstudeerscriptie van een Belgische studente met de titel ‘Het zeventiende-eeuwse Zuidnederlandse vogelconcert. Een genre vol betekenis’ uit 2014 (https://libstore.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/162/374/RUG01-002162374_2014_0001_AC.pdf). Aesopus en zijn fabels spelen een belangrijke rol in de scriptie, maar vreemd genoeg niet in Nederlandse vertalingen; er wordt wel verwezen naar Engelse. Behalve in het geval van de tekst uit het ‘Briefadvies’ van de KNAW, en dat is dan ook de bron die de studente geeft. Dat het ‘Briefadvies’ over citeren en plagiaat gaat heeft ze niet gemerkt, want ze neemt zonder aanhalingstekens de KNAW-versie van de fabel voor een groot deel letterlijk over, om na een paar zinnen een beetje te gaan afwijken, zonder dat je het een parafrase kunt noemen. De begeleider van de masterscriptie heeft het blijkbaar over het hoofd gezien, en hij vond het ook niet verontrustend dat op de 120 pagina’s van de scriptie vier keer wordt vermeld dat Aesopus een Griekse fabeldichter was, waarvan twee keer binnen vier regels.

Terug naar het ‘Briefadvies’ van de KNAW over het correct citeren en verantwoorden van bronnen. Het citeert dus een tekst, maar stopt de belofte van een bron in een dode link. Het stuk met bronnen waarnaar ze met die dode link willen verwijzen is overigens wel elders te vinden (weer hier: https://www.knaw.nl/nl/actueel/publicaties/correct-citeren), via de link naar een stuk ‘Verantwoording KNAW-commissie “Citeren”’. Dat stuk bevat heel veel verantwoording en heel veel bronnen, waaronder een verwijzing naar weer een separaat stuk, zonder link, maar het is via de laatste link hierboven te vinden. Dat stuk is een ‘poster’, met de titel ‘Pronken met andermans veren’. Die poster bevat interessante informatie, veel foto’s en weer de tekst van de fabel. Maar geen bronvermeldingen of een andersoortige verantwoording, maar daar is het ook een poster voor. Mocht je bronnen voor de poster willen kennen, moet je toevallig, zoals ik, gezien hebben dat ze onderaan het stuk ‘Verantwoording KNAW-commissie “Citeren”’ staan. Een van de drie daar genoemde bronnen is de Vorstelijcke warande der dieren van Joost van den Vondel uit 1682, en omdat Vondel ook fabels bewerkte, zou je kunnen denken dat je daar beet had. Maar dat is, had ik de indruk, niet zo.

Dit is de fabel in het ‘Briefadvies’: ‘Op een goede dag vatte Zeus het voornemen op om een koning onder de vogels te benoemen. Als alle soorten zich aan hem gepresenteerd hadden, zou hij de fraaiste tot vorst kronen. Alle vogels verzamelden zich bij de waterkant om daar hun gevederte te poetsen en zich op te doffen. De raaf wist dat hij met zijn schrale verentooi geen kans maakte. Dus wachtte hij tot de anderen klaar waren en raapte hij toen de mooiste veren op die zij hadden achtergelaten. Daarmee tooide hij zichzelf tot de prachtigste vogel van het rijk. En zie, Zeus wilde hem inderdaad tot koning kronen. Toen kwamen de andere vogels in opstand. Zij pikten de raaf de gestolen veren uit. Uiteindelijk was hij weer even saai als voorheen.’

De vraag – die toch elke lezer zich mag stellen – is: waar komt deze tekst vandaan? In mijn boekenkast staan – het is een schande, ik weet het – geen uitgaven met fabels van Aesopus (of Aisopos, Esopus, Ezopus, Aesop, Äsop, Ésope) of bewerkingen door anderen etc., ik moet het dus met wat gegoogel doen, en dat – het zal het aan mij liggen – levert niet veel op. Tekstueel erg dicht in de buurt komt een Engelse versie met de titel ‘The Vain Jackdaw’ (en varianten daarop). De raaf is een kauw geworden en Zeus Jupiter, maar dat mag de pret niet drukken. Ik geef hier de bron van die tekst: https://www.infoplease.com/primary-sources/fables-fairytales/aesops-fables/aesops-fables-266#:~:text=Jupiter%20announced%20that%20he%20intended,all%20to%20be%20their%20ruler. U zult zien, dat de betreffende Engelse tekst geen bron vermeldt.

donderdag 11 maart 2021

Majoranaise

Interessant artikel in NRC Handelsblad van gisteren. Het gaat over het onderzoek naar majoranadeeltjes. Ik wist niet dat ze bestonden, maar dat heb ik – soort van – gemeen met de onderzoekers. Die zijn namelijk op zoek naar die tot nu toe niet gevonden deeltjes, en beweerden in een artikel in Nature dat ze het bestaan ervan hadden aangetoond. Maar dat bleek niet zo, het artikel werd teruggetrokken en er kwam een integriteitsklacht wegens fraude.
De onderzoekers hadden, zo meldt het rapport dat een onafhankelijke commissie van ‘vier hoogleraren van buitenlandse universiteiten’ naar aanleiding van de klacht heeft opgesteld, een ‘kalibratiefout’ hadden gemaakt. Doen we allemaal wel eens. Maar er was volgens de commissie meer aan de hand: de onderzoekers selecteerden metingen ‘waarin gedrag te zien is dat lijkt op wat je verwacht voor majorana’s. Tegelijkertijd lieten ze metingen weg die twijfel hierover zouden kunnen opwekken. Er waren namelijk veel meer metingen die dit gedrag niet lieten zien, dan metingen die het wél lieten zien. De auteurs hadden moeten vermelden dat ze deze metingen weglieten. Verder is er bij een aantal metingen dat wel gepresenteerd werd, een deel van de data weggelaten – weer zonder dit te melden. Hierdoor zagen de metingen er mooier en stabieler uit dan ze in werkelijkheid waren.’ De experts concluderen dat de Delftse onderzoekers ‘met de metingen die beschikbaar waren tot dezelfde conclusie had kunnen komen’.
Een vernietigend oordeel, zou je denken, over een klassiek geval van wetenschapsfraude. Maar nee: ‘Volgens de experts,’ schrijft NRC Handelsblad, ‘was er geen bewijs dat de onderzoekers opzettelijk de metingen hadden geselecteerd om twijfel over hun succesverhaal weg te nemen. Door hun enthousiasme waren ze blind “voor de metingen die niet pasten bij het doel dat ze nastreefden”.
Het is een verheugende mededeling voor iedereen die nu met zijn proefschrift of met een wetenschappelijk artikel bezig is. Blijf niet zwoegen, laat die puntjes op de i zitten, schrijf maar wat op, beweer onzin, belazer de boel – als je maar enthousiast bent, dan komt het allemaal in orde. Als iemand begint te miepen, verwijs je gewoon naar de Delftse majoranadeeltjes.