In hetzelfde
dorp
Ik vond een mooie
persoonlijke necrologie uit 1972 over de dan net overleden schrijver Jef Last.
Het is een tekst die uitstekend zou passen op het eind van een goede biografie over
die rare maar interessante man. De necrologie is van de hand van de bijna
helemaal vergeten schrijver en vertaler (en nog het een en ander) H.J. (Henk)
Smeding (1899-1979) en ze staat in niet per se gemakkelijk te vinden bron: PEN-kwartaal.
Periodiek van het Nederlands PEN-centrum, aflevering 9 (april-juni 1972), pp.
13-14. Dat is een tijdschrift dat je niet meteen raadpleegt als je iets zoekt,
maar als je alleen al deze geniete aflevering van 24 pagina’s op A5-formaat bekijkt,
dan staan daar niet alleen necrologieën in van Jef Last, Godfried Bomans (door Maria
C. Schröder-van Gogh), Bertus van Lier (M. Vasalis) en Evert Straat (Sjoerd
Leiker), maar verder ook bijdragen van Jacques Benoit, Gerrit Borgers, C.J.E.
Dinaux, Hilde Domin, A. den Doolaard, Wim Hazeu, Sybren Polet, Vladimir
Siránek, Ger Stoppelsteen en H. Wielek.
En dus dat ‘In
memoriam Jef Last’ van Henk Smeding, die in Laren woonde, net als Jef Last, die
zijn laatste jaren sleet in het Rosa Spier Huis aldaar, het woon- en werkcentrum
voor oudere kunstenaars en wetenschappers. De eerste twee alinea’s luiden zo:
‘Er waren twee
redenen waarom Jef Last zich aan een afscheid van de mensen bewust heeft
onttrokken: een sociale en een persoonlijke. Beide vond ik even indrukwekkend.
Wat de sociale betreft: toen de afschuwelijkste van alle ziekten zich in zijn lichaam
had genesteld en hij begreep dat deze daarin zou voortwoekeren tot het einde de
verlossing bracht, heeft hij meteen besloten dat hij dit lichaam dan zo grondig
zou laten onderzoeken als bij een levend mens niet mogelijk was. Daarmee hoopte
hij anderen nog van dienst te kunnen zijn. En de persoonlijke: hij kwam in
opstand tegen redevoeringen bij een begrafenis; die vond hij vaak onwaarachtig òf
ze kwamen te laat. Bij zijn leven hadden velen zich al van hem afgewend, hij
voelde zich vereenzaamd en wat men dàn zou kunnen zeggen had men beter tegen
hemzelf kunnen doen, in woorden of slechts door een gebaar. Want àls een enkele
de moeite nam om hem op te zoeken kreeg dat veel grotere proporties dan dit bij
ons allen het geval zal zijn: hij vond het een eer en hij was de hele dag
gelukkig.
Over die
eenzaamheid hebben wij vaak gesproken. Ik was een van de weinigen die hij
geregeld zag. Vóórdien was hij een van de 386 kennissen die wij allen hebben,
maar nu woonde ik in hetzelfde dorp en was gemakkelijk te bereiken. Ik werd
echter ook geboeid door die steeds hevig van iets vervuld zijnde man, met wie
je toch telkens weer een gesprek had. Een mens ook in wie de vreemdste
tegenstellingen leefden. En nu wil ik trachten een beeld van hem te geven.’
Dat beeld is
dus misschien een mooie bron voor een competente toekomstige Last-biograaf.
En dit is de enige foto die ik online van Henk Smeding kon vinden, op DBNL, met het bijschrift dat nu hier ook onder de foto staat:
Onscherpe foto waarop (v.l.n.r., onderste rij) onbekend, J.C. de Buisonjé, Henk Smeding, Ferdinand Langen; (bovenste rij) Lies Kop, Felix Augustin |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.