Zomaar een herdruk
[2010]
Onlangs verscheen in de
Perpetua-reeks van Athenaeum-Polak & Van Gennep de, zo staat het tenminste
in het boek, vijfde druk van Verzen. De editie van 1890. De indruk zou
kunnen ontstaan dat het hier gaat om de vijfde druk van de bundel Verzen
van Herman Gorter, die in 1890 verscheen, maar dat is niet zo.
Nog niet zo lang geleden zei een
neerlandica op een congres dat een wetenschappelijke editie een authentieke
leeservaring moet overbrengen, want ‘de lezer’ wilde graag het gevoel hebben
dat hij een eerste of een tweede druk van bijvoorbeeld Verzen van Herman
Gorter uit 1890 las. Maar, zo was het commentaar daarop van iemand die er wel
een beetje kijk op heeft, bij Gorter doet zich het interessante geval voor dat
die tweede druk van Verzen uit 1890 nu juist een wetenschappelijke
editie is. Gorter was een groot reshuffeler van zijn werk: hij husselde bundels
door elkaar, schrapte, wijzigde, en dan publiceerde hij weer een bundel met
dezelfde of een andere titel.
‘Verzen 1890’, zoals de bundel in
de neerlandistieke wandeling heet omdat er ook nog een Verzen uit 1903
en een Verzen uit 1916 en een Verzen uit 1928 is, werd tijdens Gorters leven nooit in
de vorm van de eerste druk herdrukt. Maar de Verzen-bundel uit 1890 werd
wel weer voor het grootste gedeelte overgenomen in Gorters volgende, De
school der poëzie uit 1897.
Een zeer veel uitgebreide,
driedelige herdruk van deze bundel verscheen in 1905. Deel I daarvan bevat weer
de gedichten uit Verzen (1890) in de versie van 1897, en dit deel I
krijgt dan ook de toevoeging ‘derde druk’. De school der poëzie werd
tijdens het leven van Gorter nog een keer herdrukt, namelijk in 1925, en daar
was de toevoeging verrassenderwijs ‘vijfde druk’. Dat kwam omdat intussen, in
het kader van een soort verzameld werk in vier delen dat Gorter in 1916
samenstelde en publiceerde, het tweede en het derde deel Verzen. Eerste deel
resp. Verzen. Tweede deel heetten, die weer Gorters poëzie tot 1906
bevatten, en dus ook Verzen (1890). Maar een aanduiding ‘vierde druk’
ontbrak hier. Wel had, om de verwarring te vergroten, Verzen. Eerste deel
twee sterretjes op de rug en Verzen. Tweede deel drie.
Na de dood van Gorter verschenen de
gedichten uit Verzen (1890) weer als onderdeel van De school der
poëzie, en die verzameling vormde deel 2 van Gorters Verzamelde werken,
die Garmt Stuiveling tussen 1948 en 1952 bezorgde. En nog weer later, in 1966,
gaf Stuiveling samen met Enno Endt Gorters Verzamelde lyriek tot 1905
uit, met daarin natuurlijk ook weer de Verzen uit 1890. Van deze editie
verschenen in 1977 en 1978 herdrukken.
‘Kijk, mijn specialisme is Moderne
Nederlandse Letterkunde en dat houdt in van 1830 tot nu. Maar eigenlijk ben ik
alleen in de periode van de Tachtigers echt geïnteresseerd. En dan nog niet
eens Van Eeden, Kloos, Hein Boeken en zo, maar binnen Tachtig toch in de eerste
plaats Herman Gorter. Nou ja, dat is ook nog overdreven; wat mij in het
bijzonder bezighoudt zijn toch vooral de Verzen 1890, de sensitieve
verzen, en dan met name natuurlijk, “In de zwarte nacht is een mensch
aangetreden”.’
Zo citeerde Hans
van den Bergh Enno Endt tijdens de uitvaartdienst van de laatste.* Dat Endt
ooit een editie zou maken van Gorters debuutbundel lag voor de hand. Dat deed
hij in 1977, en met die editie zorgde hij voor een soort tweede druk van Verzen
in de oorspronkelijke samenstelling. Hij liet de teksten vergezeld liet gaan
van een essay, een verantwoording, aantekeningen en wat verder bij een
wetenschappelijke editie hoort. De titel van Gorters bundel veranderde met deze
editie in: Verzen. De editie van 1890. Endt gebruikte het woord ‘editie’
hier overigens niet voor het resultaat van zijn wetenschappelijke activitit
vean de presentatie van teksten, maar in de betekenis van ‘uitgave’, en dat
woord had hij dus ook beter kunnen gebruiken voor zijn editie, want dat was het natuurlijk wel.
Van de editie van Endt verscheen
een jaar later, in 1978, een ongewijzigde herdruk. In 1987 kwam er een wel
gewijzigde herdruk, nog steeds met het wetenschappelijk apparaat. Opvallend
is, dat de inhoudsopgave van de editie naar voren is verplaatst, ze staat nu na
de titelpagina, en daar wekt ze verwarring, want zo’n inhoudsopgave had de
oorspronkelijke uitgave van 1890 natuurlijk niet. Maar deze vierde druk van de Verzen
van 1890 is nog steeds een wetenschappelijke editie, en wel de derde druk van
de editie van 1977. En ook de voorlopig laatste, want in een boek dat als
vierde druk van Verzen. De editie van 1890 wordt aangeduid is alle
commentaar van Enno Endt verwijderd.
Eigenlijk is het nu dus geen
wetenschappelijke editie meer en zou de telling dus opnieuw moeten beginnen, of
rekening houden met alle drukken en zich dus de, eh, zoveelste noemen. In het
colofon van de ‘vierde’ druk staat nog wel: ‘De eerste drie drukken zijn
voorzien van aantekeningen en een nawoord door Enno Endt.’ Nieuw zijn de foto
van de auteur na de titelpagina en een foto van twee blote benen met een
plantje op het voorplat. Misschien van het internet geplukt, waar we ook al
terecht kunnen voor de teksten uit Verzen (1890). De hele bundel staat
in de digitale versie van de derde druk van de editie van Endt, die op dbnl.nl te
vinden is. Ook op nl.wikisource.org staat de bundel, maar dan kaal, zonder
enige toevoeging behalve de bron, en dat is er een uit de begindagen van het
internet: het Laurens Jansz. Coster-project van de Universiteit van Amsterdam
(http://cf.hum.uva.nl/dsp/ljc/gorter/verzen/verzen.html).
En nu is er dus een zogenaamde
vijfde druk van de zo genoemde bundel Verzen. De editie van 1890, die
dus in werkelijkheid de tweede druk is van de uitgeklede uitgave naar de derde
druk van Verzen. De editie van 1890, die weer de tweede druk is van de
bundel Verzen van Herman Gorter uit 1890. De nu gepubliceerde uitgave
van Verzen (1890) is prachtig verzorgd, zoals de hele Perpetua-reeks:
zwart linnen, mooie typografie, mooi stofomslag, leeslintje. Maar de aftakeling
van wat ooit een editie was gaat door. De naam van Enno Endt komt alleen nog in
het nawoord van Kees ’t Hart voor, en dat nawoord had wat mij betreft best
kunnen wegblijven. Wat een rare gedachte is dat: dat klassieke boeken een
opkontje nodig hebben van bekende schrijvers (hoewel ik veronderstel dat de
bijna vijfentachtig jaar geleden overleden Herman Gorter zelfs nu nog een
bekendere schrijver is dan de levende Kees ’t Hart). Zou de volgende uitgave
van Verzen (1890) er een in simpel Nederlands zijn?
*Ter
herinnering aan Enno Endt. Enschede, 3 december 1923. Amsterdam, 21 april 2007. Edam
2007, het citaat staat op p. 19.
Deze tekst
verscheen voor het eerst op 1 maart 2010 op de intussen nog bestaande maar niet
meer onderhouden want door de directie van het Huygens Instituut vakkundig om
zeep geholpen website textualscholarship.nl. Ik heb de tekst licht en vooral redactioneel gewijzigd, de deels niet meer kloppende of bestaande links heb ik verwijderd.




Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.