40 jaar geleden
Veertig jaar geleden rond
deze tijd was net mijn eerste vertaling bij een ‘echte’ uitgeverij op de markt
gekomen. Er waren, in 1979 en 1980, al twee uitgaven met vertaalde poëzie
verschenen, maar dat was bij onze eigen marginale uitgeverij Journal, opgericht
door Ton Naaijkens en mij. In het najaar van 1980 begon het grote werk, en het
was meteen een boek van Günter Grass. Kopfgeburten oder Die Deutschen
sterben aus heette het, en het was een snel geschreven pamflet in verband
met de Duitse Bondsdagverkiezingen van 5 oktober 1980. Daarin stonden de
sociaaldemocraat Helmut Schmidt, die al sinds 1974 bondskanselier was, en de
omstreden Beierse christendemocraat Franz Josef Strauß tegenover elkaar. De
christendemocraten kregen de meeste stemmen, maar de sociaaldemocraten konden verder regeren
omdat ze een coalitie bleven vormen met de liberalen.
Ter ondersteuning van de
sociaaldemocraten en vooral tegen Strauß schreef Grass in korte tijd een boek
dat, zoals altijd, een mengeling was van fictie en non-fictie, en het ging,
zoals altijd, over heel veel: over overbevolking, over het wel of niet krijgen van kinderen, over de Club van Rome, over politiek. Grass’ boek verscheen in
Duitsland, uiteraard, op tijd om een rol te spelen in de Duitse
verkiezingsstrijd, maar om een Nederlandse vertaling op tijd klaar te hebben
was haast geboden. Meulenhoff gaf elk boek van Grass uit, ze deden dat al vanaf het begin. De vaste
Grass-vertaler van dat moment, Peter Kaaij, was bezig met wat in 1981 De bot
zou worden en kon geen tijd vrijmaken, en daarom kregen drie jonge honden van
Wout Tieges, die dierbare en veel te jong overleden redacteur van uitgeverij
Meulenhoff, het verzoek om Kopfgeburten binnen een paar weken te
vertalen. Die drie tamelijk onbeschreven bladen waren Ton Naaijkens, Hans van
Megen en ik. Alleen Hans had al eens een boek voor een grote uitgeverij
vertaald. Maar die boekjes in eigen beheer waren blijkbaar goede
visitekaartjes.
Druk 1 links, druk 2 rechts (of andersom) |
Het boek verscheen, zie
ik ergens gedrukt staan, in augustus 1980. Ik heb vast nog ergens recensies
bewaard, maar geen zin om te gaan zoeken. In delpher.nl vind ik een
recensie van Hans Ester in Trouw. De kop ervan, ‘Met Grass jammerend de
jaren tachtig binnen’, doet het ergste vrezen, en misschien voelden de
kersverse vertalers dat in 1980 ook, maar het bleek een welwillende recensie, die
op het eind verwijst naar de humor bij Grass, een aspect van zijn werk dat wel
eens vergeten wordt. Een andere recensie doe ik uit mijn hoofd. Gerrit Bussink
vond het in De Groene Amsterdammer allemaal maar niks, en dat had,
geloof ik, te maken met het feit dat je in die tijd als linkse rakker een
rechtse sociaaldemocraat als Grass moest wantrouwen. Bussink voorspelde dat het
boek binnen de kortste keren bij De Slegte zou belanden. Maar dat gebeurde
niet: er kwam een tweede druk, in november 1980. En dat was toch een prettige
bijkomstigheid voor een vertaaldebuut.
Was het een goede
vertaling? Laat ik voor mezelf spreken: in 1990 vertaalde ik, nu alleen, Grass’
essaybundel over de Duitse eenwording: Lastenausgleich. Wider das dumpfe Einheitsgebot.
Hoe boek bevatte ook een van de hoofdstukken uit Kopfgeburten, en daarom
herzag ik dat ene hoofdstuk, dat toevallig een van de door mij vertaalde was. Er
moest wel het een en ander op de schop (de wereld was tien jaar verder en de
vertaler ook), maar heel beroerd was het toch niet – meen ik me te herinneren.
Het eindproduct van die vertaling heette: Schuldenlast. Over de Duitse
eenheid. Dat boek kende geen tweede druk. Helaas.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.