vrijdag 5 augustus 2022

Over genres

De Willem Frederik Hermans-citatenleverancier op neerlandistiek punt nl van deze week, Suzanne Voets, is student Nederlands in Nijmegen en schrijfster. Ze werkt, volgens de tekst die haar bij ons introduceert als citatenleverancier, momenteel ‘aan een historische roman en enkele literaire publicaties’. Dat wordt dus een niet-literaire historische roman, begrijp ik? Is dat alleen maar onnadenkend geformuleerd of zitten er diepere gedachten achter, zoals in het geval waarover ik een jaar of zes geleden, op 2 juni 2016, op Facebook schreef onder de titel ‘Literaire romans’:

Het Historisch Nieuwsblad bestaat 25 jaar en daarom mogen we stemmen op ons favoriete geschiedenisboek. Het tijdschrift geeft een lijst van 250 titels om uit te kiezen. Op die lijst, waarop elke titel een genre-aanduiding heeft, zie ik dat ik de afgelopen jaren, zonder me daarvan bewust te zijn, een aantal interessante ‘literaire romans’ heb gelezen. Een kleine geschiedenis van bijna alles van Bill Bryson bijvoorbeeld, en In Europa, De eeuw van mijn vader en Hoe God verdween uit Jorwerd van Geert Mak, ook Tot het bittere einde van Viktor Klemperer en Romantiek van Rudiger Safranski. Allemaal ‘literaire romans’ volgens het Historisch Nieuwsblad, net als Sonny Boy en De Amerikaanse prinses van Annejet van der Zijl. Romans zonder zo’n toevoeging (niet-literaire romans zou je kunnen zeggen) staan niet op de lijst, maar vreemd genoeg is er ook geen genre ‘historische romans’. Dus geen – bijvoorbeeld – Hella Haasse. Wel een categorie ‘Pockets algemeen’, met één titel: de Historiën van Tacitus.

De lijst is opgesteld in samenwerking met een viertal gepensioneerde academici. Een van hen is Hans Blom (Leiden, NIOD). Amusant is dat twee literaire romannetjes van zijn promovenda Van der Zijl op de lijst staan, maar niet haar proefschrift, een biografie over Prins Bernhard. Curieus is dat een egodocument als de dagboeken van Klemperer wel in de Top 250 staan, maar het dagboek van Anne Frank niet. Niet literair genoeg zeker, of geen ‘pocket algemeen’.

En terwijl ik de lijst uitgebreid aan het bestuderen was kondigde Teletekst, geheel in lijn met de lijst van het Historisch Nieuwsblad, een item van Nieuwsuur aan: ‘Het succes van de streekroman’. ‘Wat verklaart het succes van boeken over (vergeten) regionale geschiedenis?’ vraagt het televisiescherm mij. Ik naar Nieuwsuur kijken: er is aandacht voor de vertoneelstukking van ‘Het pauperparadijs’ van Suzanna Jansen (‘Literaire non-fictie algemeen’ op de lijst van het Historisch Nieuwsblad), en Marcia Luyten komt aan het woord over haar Het geluk van Limburg. Dat boek staat niet op de HN-lijst, ik kan dus niet opzoeken wat dat voor soort boek is. Maar gelukkig wint Luyten een paar dagen later de Brusseprijs. De jury daarvan vindt Luytens boek ‘een verhaal dat leest als een roman’. Ik, argeloze lezer en kijker, begrijp dus dat de Brusseprijs een prijs is voor de beste streekroman.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.