De noot [2010]
Er stond weer eens een
portret van een editeur in een boek: wij zijn eekhoorns die nootjes verzamelen.*
Altijd interessant, die grappig bedoelde minachting die op onkunde gebaseerd
is. Zullen we het eens over een klein maar belangrijk onderdeel van die nootjes
hebben, namelijk de bibliografische verwijzing? Wie veel rondleest in
wetenschappelijk en halfwetenschappelijk werk weet dat er vele mogelijkheden
zijn om een bibliografische noot te maken. Elke redactie heeft haar eigen
systeem, elke discipline heeft zijn eigen mores. Maar een algemene eis aan
bibliografische vermeldingen is toch dat ze binnen een systeem consistent
moeten zijn. De volgorde en de redactionele en typografische vorm van een
bibliografische vermelding geven de gebruiker houvast.
Laten
we eens wat bestaande bibliografische noten als voorbeelden nemen:
Trino
Flothuis, ‘Nederland gaat een ramp tegemoet’, in: Haagse Post, 31 december 1966.
Dit
is een net exemplaar. Auteur, komma, titel tussen aanhalingstekens, afgesloten
met een komma, dan ‘in’ met dubbele punt, het periodiek cursief, weer een
komma, en de publicatiedatum voluit geschreven. Kan zo in mijn style-sheet.
Nog een:
Ethel
Portnoy, ‘De carrière van Wilhelm Reich’. In: Randstad nr. 1, 1961, p. 29-67.
Die is ook netjes, en ik persoonlijk geef zelfs de
voorkeur aan zo’n ‘In’ met een hoofdletter na een punt. Ik zou voor ‘nr.’ een
komma zetten, en ook ‘afl.’ gebruiken in plaats van ‘nr.’, maar dit kan wat mij
betreft wel.
Nog een met een tijdschrift:
W.F.
Hermans [Camille Houckaert] ‘Weverberg, de bedrieger’. In: Podium 18 (1963-1964) 10 juli-augustus 1964, p. 469-477.
Dit wordt al minder. Wie niet beter weet denkt dat
Camille Houckaert de echte naam is van W.F. Hermans. Maar bibliografisch gezien
is Camille Houckaert de auteur, en dat is een van de vele pseudoniemen van
Willem Frederik Hermans, die zich overigens vanaf een bepaald moment alleen als
W.F. Hermans aanduidde wanneer hij niet-literair publiceerde. De oplossing hier
zou dus zijn: Camille Houckaert [= Willem Frederik Hermans], en dan een komma
voor de titel. De rest zou wat mij betreft nog wat komma’s nodig hebben die de
verschillende informatieve onderdelen van elkaar scheiden, want nu zou je
kunnen denken: is dit nu een aflevering van 10 juli tot augustus, of is dit
aflevering 10 van de maanden juli en augustus? De maanden tussen haakjes had
dit opgelost.
Dan deze:
‘Dienen
de Franse verkiezingen nog ergens voor? Wat is het verschil tussen een Kennedy-syndroom
en een De Gaulle-fixatie?’ Leopold de Buch in: Vrij Nederland, 4 maart 1967.
De auteur na de titel? Zo kom je het niet vaak tegen. Er
bestaat hier een variant van, met een komma na de auteur, maar dat maakt het
niet echt beter:
‘Les
Pays-Bas. Entre l’Europe et la mer’. Pierre Brachin, in: Le Monde, 11 maart 1965.
Als er boeken vermeld moeten worden, wat zijn dan de
mogelijkheden? Dit bijvoorbeeld:
Willem
Frederik Hermans, King Kong gevolgd door
wat Nederland niet op de televisie mocht zien (Amsterdam 1972)
Daar is niet veel op aan te merken. Op deze volgende dus
ook niet, zou je kunnen denken als je niet zo goed thuis bent in de Duitstalige
aardrijkskunde of de Duitse uitgeverswereld:
Ludwig
Wittgenstein, Philosophische
Untersuchungen (Suhrkamp 1971)
Suhrkamp is dus geen Oostenrijkse plaatsnaam maar een
Duitse uitgever. De naam van de uitgever noemen kan informatief zijn, maar echt
nodig voor het lokaliseren van een publicatie ter controle van wat de auteur
beweert is dat niet. De plaats van uitgave daarentegen is eigenlijk wel
noodzakelijke basale informatie. Te minimalistisch is dan ook deze:
Brieven van Johan Thorn
Prikker
(1897)
Eerder onminimalistisch is:
Les Chats, tekeningen van Maurice Siné.
Uitgave 1959, Pauvert.
Is
dat ‘tekeningen’ een onderdeel van de titel? Dan zou het cursief moeten. Maar
de titel is Frans, dus dat zal wel niet. En is Pauvert een plaatsnaam of een
uitgever? Is ‘Uitgave’ een uitgever of een plaatsnaam? Hier loopt
bibliografische en toegevoegde informatie door elkaar. Persoonlijk ben ik overigens niet zo voor de plaats en jaar van
uitgave tussen haakjes, maar voor een komma of een punt na de titel en dan
plaats en jaar zonder haakjes. Een komma tussen plaats en jaar van uitgave
hoeft niet, maar zou kunnen. Een dergelijke oplossing zou er zo uit kunnen
zien:
Wittgenstein.
Presentation, choix de textes, bibliographie.
Gilles-Gaston Granger, 196
Zou
kunnen, maar alleen als Gilles-Gaston Granger een plaatsnaam is, maar dat is
niet zo. Gilles-Gaston Granger is de auteur, die dus, dat hadden we al gezien,
beter voorop kan staan. En het is ‘Présentation’, niet ‘Presentation’.
Maar
goed. Het belangrijkste wat ik u met deze overpeinzingen wil meegeven is dit:
er kan heel veel in notenland, je moet het alleen niet allemaal in één boek
uitproberen. Zoals de aanbieder van de gemengde noten hierboven dat wel deed.**
*Willem Otterspeer, Hermans in hout. De Canadese avonturen van
Willem Frederik Hermans. Amsterdam: De Bezige Bij/Willem Frederik Hermans
instituut, 2010, p. 217 (‘Een grote eekhoorn van het Huygens Instituut zit
nootjes te verzamelen voor de Volledige Werken van Hermans.’).
**Willem Otterspeer (ed.), Machines en emoties. Willem Frederik
Hermans, Rudy Kousbroek, Ethel Portnoy. Een briefwisseling. Amsterdam: De
Bezige Bij, 2009.
Eerder gepubliceerd op www.textualscholarship, 11 mei 2010. Hier licht ingekort (vanwege niet meer werkende links) en licht redactioneel gewijzigd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.